vrijdag 28 juli 2006

Wij zijn schoften (de baas ook)



De titel van deze log is een heel oud mopje, uit de tijd dat het woord schoften een gebruikelijker vorm was van het werkwoord schaften (dat, ik zeg het er maar even bij, "eten" of "lunchen" betekent). De grap is dat bouwvakkers die waren gaan eten de mededeling Wij zijn schoften op een bord hadden geschreven, en dat een of andere grapjas eronder had gezet (de baas ook).


Het grapje is natuurlijk moeilijk te vertalen. Misschien is Wij zijn ouwehoeren wel een mogelijkheid, maar het is onwaarschijnlijk dat je dat op een bord zet*. Dat is jammer, want zo gaat een mooi voorbeeld verloren van het aspectuele hulpwerkwoord zijn.

Het mopje drijft niet alleen op de dubbelzinnigheid van het woord schoften (zelfstandig naamwoord in het meervoud, of werkwoord), maar ook op de twee vormen van het werkwoord zijn: in wij zijn grote schoften is het koppelwerkwoord, en in wij zijn even schoften is het hulpwerkwoord van aspect.

Hulpwerkwoorden van aspect (zie ook deze log) voegen zogeheten aspectuele informatie toe aan de zin. Niet over de voltooiing van een toestand of een gebeurtenis (dat doet het hulpwerkwoord van tijd), maar over het begin ervan (het gaat regenen, hij komt logeren) of over de duur (het blijft regenen). Het aspectuele hulpwerkwoord zijn doet dat eigenlijk allebei. Zeg je ik ben fitnessen, dan druk je uit dat je ergens weggegaan bent voor een activiteit waar je nu mee bezig bent. Je kunt in plaats van fitnessen niet zo makkelijk een werkwoord invullen dat een onbedoelde of korte activiteit uitdrukt (ik ben op de grond vallen, ik ben iemand ontmoeten). Bij korte activiteiten krijg je een soort van herhalingsbetekenis: ik ben springen gaat dan zoiets betekenen als dat je  bijvoorbeeld een atleet bent die op regelmatige basis moet

Al deze betekeniseffecten wijzen erop dat het aspectuele hulpwerkwoord zijn een begin en een duur aan de zin toevoegt. Je zou nu kunnen denken dat in ik ben fitnessen een ander hulpwerkwoord, gaan, is weggelaten: ik ben gaan fitnessen. Dan zou ben een hulpwerkwoord van tijd zijn. Maar dat wordt ontzenuwd door de test die ik hier al eens beschreven heb: zet er zondag bij. In Ik ben zondag gaan fitnessen heb je het hoogstwaarschijnlijk alleen over afgelopen zondag (dat is voltooide tijd), maar in Ik ben zondag fitnessen kun je het alleen over aanstaande zondag, of zondag in het algemeen hebben (tegenwoordige tijd). In die laatste zin kan zijn dus geen hulpwerkwoord van tijd zijn.


In een reactie op deze log was een lezer het niet eens met mijn analyse van ik ben al geweest. Ik merkte op dat geweest hier een hulpwerkwoord van aspect was (en ben hulpwerkwoord van tijd), maar deze lezer vroeg zich af waarom het niet een zelfstandig werkwoord was in de betekenis "zich bevinden".


Je kunt natuurlijk zeggen dat ik heb me daar al bevonden een rare zin is om de betekenis van ik ben al geweest uit te drukken, en ook het weglaten van daar is een probleem dat je in die analyse moet oplossen, maar is die aspectuele betekenis van geweest niet op een betere manier aan te tonen? Ik denk het wel.


Het beginaspect van een gebeurtenis of toestand kun je aantonen met kleine bijwoordelijke bepalingen als meteen of onmiddellijk. Zijn in de betekenis "zich bevinden" kun je niet goed combineren met deze bepalingen, zeker niet als het ook nog eens een voltooide tijd is: ik ben natuurlijk meteen in het park geweest is een hele rare zin, waar je de indruk hebt dat het eigenlijk iets moet zijn als ik ben natuurlijk meteen naar het park gegaan. Maar in onze voorbeeldzin, ik ben natuurlijk meteen geweest is er niets aan de hand, dat klinkt prima. Hoe kan dat, als geweest hier "zich bevinden" moet betekenen?


De oplossing is simpel: in ik ben natuurlijk meteen geweest is geweest geen zelfstandig werkwoord, maar het hulpwerkwoord van aspect. Daar hoort eerder een richtingsbepaling bij dan een plaatsbepaling.


*Deze zou ook nog kunnen: het personeel van een dierenwinkel zet een bord in de etalage met de tekst Wij zijn eten, en zet dat vlak bij die doorzichtige bak met die schattige konijntjes. Iemand schrijft erbij: Prettige Kerstdagen. Maar misschien kan niet iedereen daarmee lachen.



2 opmerkingen:

  1. lilian vorenhout3 augustus 2006 om 17:35

    ik vind die mop van die konijntjes veel leuker dan die van die leren pijpen. afzender lilian.

    BeantwoordenVerwijderen