maandag 28 mei 2007

Ha, lekker rijtjes grammatica stampen!



In zijn NRC-column van zaterdag 26 mei 2007 haalt schrijver Joost Zwagerman uit naar onderwijsminister Plasterk, die het Nieuwe Leren "nog een kans wil geven".  Wat Zwagerman zelf precies wil wordt niet helemaal duidelijk (de leerlingen moeten weer Vondel, Multatuli, Vestdijk en Reve kennen), maar van Plasterk had hij een meer kritische houding verwacht.

De taalprof is natuurlijk geen onderwijsdeskundige, dus die mengt zich niet in een onderwijsdebat. Maar hij schiet wel in de stress bij het volgende citaat: Plasterk meende: "We moeten niet terug naar de jaren vijftig. Niet alleen rijtjes grammatica stampen." Hè?

Je zou denken dat Zwagerman hier een kritische noot bij plaatst, en dat doet hij ook wel, maar volgens hem is het allemaal te extreem geformuleerd. Geen woord over dat rijtjes grammatica stampen. Terwijl dat natuurlijk het meest trieste van het citaat is. Onze minister van onderwijs weet niet wat grammatica is.

Allereerst: wat zijn dat, rijtjes grammatica? Ooit een rijtje grammatica gezien? Een interessante constructie, daar niet van, waar je met een beetje grammatica-onderwijs best iets over zou kunnen zeggen. Bijvoorbeeld dat de constructie een rijtje dinges veronderstelt dat dinges een meervoudig woord is: een rijtje getallen, een rijtje letters, een rijtje woningen. Is het mogelijk om ook een niet-telbaar woord in te vullen? Een rijtje soep, een rijtje zand, een rijtje bewolking? Vind ik wel gek, hoor. Maar wat is dan een rijtje grammatica?

Ik snap het natuurlijk wel. De minister denkt aan rijtjes woorden, die in het kader van het vak grammatica van buiten moeten worden geleerd. Een rijtje koppelwerkwoorden, een paar rijtjes voornaamwoorden. Veel meer zijn er ook niet, of je moet het rijtje lidwoorden meetellen dat uit maar liefst drie elementen bestaat. Maar goed: blijkbaar was met name in de jaren vijftig het onderwijs gekarakteriseerd door het "stampen" van die rijtjes.

De jaren vijftig? Hoe komt het toch dat mensen zo graag verwijzen naar periodes net vóórdat ze zelf onderwijs genoten? Plasterk is geboren in 1957, we mogen aannemen dat hij vóór 1960 niet zelf in aanraking is gekomen met de onderwijspraktijk. Dat moet pas in de jaren zestig zijn gebeurd. Was het toen al afgelopen met het rijtjes grammatica stampen? Als ik de huidige methoden bekijk, zie ik anders nog steeds de rijtjes koppelwerkwoorden en voornaamwoorden die Plasterk klaarblijkelijk bedoelt. Hoezo "terug naar de jaren vijftig"?

En dan nog eens wat. Rijtjes stampen, dat is wel een fijne uitdrukking, met een mooie retorische functie. Heeft van buiten leren al niet genoeg negatieve lading, rijtjes stampen doet daar nog eens een schepje bovenop. Dat suggereert totale zinloosheid in combinatie met zeer grote moeite, een dodelijke cocktail.

Ik heb het even opgezocht, maar tot mijn stomme verbazing vermeldt het meest recente woordenboek van Van Dale deze betekenis niet. Ja, Van Dale heeft het wel over iemand iets in het hoofd stampen, maar het kale werkwoord stampen met een lijdend voorwerp, dat heeft Van Dale nog niet opgepikt. Dat zal wel aan de beperkingen van het corpusonderzoek liggen.

Het citaat staat dus bol van de retoriek. De jaren vijftig is een veilige aanduiding van een achterlijke periode, veiligheidshalve geplaatst net vóór het zelf genoten onderwijs, en rijtjes stampen is wel het toppunt van veel moeite doen voor een zinloos resultaat. Blijft over: grammatica. Waarom grammatica?

Ook zonder het woord grammatica was het citaat retorisch af geweest. Niet alleen rijtjes stampen, dat maakt het voldoende duidelijk. Wel retorisch, maar toch neutraal, zoals het een minister van Onderwijs betaamt. Maar nee, daar moet toch gauw even grammatica tussen gesmokkeld worden.

"Triest", noemde ik het in het begin, en dat is het. Want uit deze toevoeging blijkt dat het vak grammatica als het beste voorbeeld gezien wordt van een vak dat grote moeite kost voor een zinloos resultaat. En in een meer politiek perspectief: deze uitspraak zal geen grote demonstraties op het Binnenhof of verontwaardigde aandacht in de media tot gevolg hebben, want de minister zal ongetwijfeld ingeseind zijn dat iedereen dit met hem eens is. De taalprof vermoedt dat het Grammaticale Onbenul is aangenomen op de vacature van spindoctor op het Ministerie van Onderwijs.

13 opmerkingen:

  1. Taalprof, wat let je om zelf naar Den Haag te togen met grammaticaal uitdagende teksten op spandoeken? Ik moet me inhouden om niet.. oh wacht.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Taalprof, de ellende is juist begonnen op het moment dat onderwijsdeskundigen zich met het onderwijsdebat begonnen te bemoeien. Je weet het toch al lang: als je ergens geen verstand van hebt, dan wordt je onderwijsdeskundige (of onderwijsmanager)!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. @Vorkbaard: als ik eraan denk tijg ik er morgen wel even langs.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. @Arie Molendijk: maar wat word je als je ergens wél verstand van hebt ;-)? De ellende is in ieder geval nu eerder gelegen in de opvattingen dan in de mensen. Het zou natuurlijk ook vreemd zijn als juist de onderwijskundigen zich NIET met het onderwijsdebat zouden bezighouden.
    Ik denk ook dat het aan de taalkundigen is om het nut en de aantrekkelijkheid van het vak voor het voetlicht te brengen, ook (juist!) voor de onderwijskundigen. Daar hebben we het in het verleden waarschijnlijk laten liggen.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Volgens mij is 'rijtje grammatica' dezelfde constructie als 'snufje zout' of 'blik soldaten'. De taalkundigen hebben er natuurlijk weer een duur woord voor: paradigma.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. @Reinier Post: ja, dat komt wel overeen met wat ik zou veronderstellen. Ik ken die constructie echter niet onder de naam "paradigma." Eerder als "maatconstituent" of zo. De taalkundige Paardekooper zou dit wel een "syntagma" noemen met twee "paradigma's" (de hoeveelheidsaanduiding en het zelfstandig naamwoord), maar die term paradigma slaat op het feit dat je er andere dingen voor in kunt vullen.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Toen ik het stukje las, dacht ik dat met rijtjes grammatica bijv. de werkwoordsuitgangen of naamvalsuitgangen van andere talen
    (bijv. in het latijn: -bam, -bas, -bat, -bamus, -batis, -bant of servus, servi servo, servum, servo)bedoeld werden. Zou dat niet kunnen?

    BeantwoordenVerwijderen
  8. @tinkerbell: ja, zoiets kan hij ook in gedachten hebben gehad: rijtjes met vervoegingen, verbuigingen, rijtjes met voorzetsels met de ene of de andere naamval. In ieder geval associeerde hij het begrip "grammatica" met iets geestdodends.

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Grammatica is toch ook geestdodend? Er zijn in ieder geval weinig deskundige die het interessant weten te maken. Waar is het voor nodig?

    BeantwoordenVerwijderen
  10. @hugo: geestdodend zijn vooral zinloze oefeningetjes. Grammatica is het instrument om over taal te kunnen praten. Als je geen grammaticale termen kent, kun je over taal ook niets aardigs zeggen.
    Als je vindt dat mensen taalnormen moeten kennen, dan kun je niet buiten grammaticale analyse omdat alle normen op een of andere vorm van analyse gebaseerd zijn.
    Maar ook als je taalnormen onbelangrijk vindt is grammatica de enige manier om iets te weten te komen over hoe taal werkt, en in elkaar zit.
    Over taal wordt allerlei onderzoek gedaan, van brain imaging centre tot babylab, van het Zuid-Amerikaanse Amazonegebied tot de sloppenwijken van New York, en alle onderzoekers gebruiken het grammaticale instrumentarium om hun onderzoek te beschrijven.
    Taal is onze meest gestructureerde vorm van gedrag. Taalonderzoek is daarom vaak ook onderzoek naar onze eigen soort. Maar dan moet je wel de termen kennen waarmee die structuur wordt beschreven. Het zou een ongelooflijke blunder zijn als je die vaardigheid in het onderwijs laat liggen.
    Ik ben het graag met je eens dat je grammatica-onderwijs helemaal kapot kunt maken als je het ongeïnspireerd en ondeskundig aanpakt, maar zeggen dat dat aan de grammatica ligt is beweren dat je het kind moet weggooien omdat het kind het badwater vies maakt.

    BeantwoordenVerwijderen
  11. @hugo: waar is grammatica voor nodig? nou ja, als ik zeg: 'er zijn in ieder geval weinig fiets die twee zadels hebben', weet je het.
    of was het een typfout?

    BeantwoordenVerwijderen