maandag 24 april 2006
Wanneer was je voor het laatst verbaasd?
De Taalprof krijgt ook wel eens e-mail, naast de vragen op de weblog. Zo kreeg hij dit weekend maar liefst twee mails over dezelfde kwestie, op dezelfde school nota bene!
Wat was er aan de hand? Een leerling had bij de ontleding van de zin ik was erg verbaasd gezegd dat het naamwoordelijk gezegde was, en dat was fout gerekend. Gemor in de wandelgangen, discussie in de klaslokalen! Hoezo was dat fout? Was verbaasd dan geen bijvoeglijk naamwoord? Nee, zei de docent, verbaasd is een werkwoord, en dus is het een werkwoordelijk gezegde met was als hulpwerkwoord.
Andere docenten gingen zich ermee bemoeien, andere talen werden erbij gehaald. Zelfs de wiskundedocent deed een duit in het zakje. Onrust in de lerarenkamer!
Ten einde raad wendden de docent én de vader van de leerling zich tot de Taalprof. Wie heeft er gelijk? De Taalprof hakte de knoop door.
In de discussie op de bewuste school werd op verschillende manieren geargumenteerd (verbaasd is een werkwoord, in andere talen staat in deze zin een bijvoeglijk naamwoord), maar al die redeneringen leiden af van waar het echt om gaat, en wat ik al in de log Wat is een naamwoordelijk gezegde? heb genoemd: is er sprake van zijn of doen? Als je erg verbaasd bent, ben je dan iets, of heeft iemand (of iets) jou iets gedaan? Alle andere redeneringen of ezelsbruggetjes, of proefjes, zijn allemaal ondergeschikt aan die vraag. Is het zijn of doen? Zo simpel is het.
Op dit punt aangekomen denk ik dat iedereen zou zeggen: als je verbaasd bent, dan ben je iets, dus naamwoordelijk. Dit is dan ook de beste ontleding. De leerling heeft gelijk. Maar lees nog even door, want het is de moeite waard om te begrijpen wat hier aan de hand is.
De zin ik ben verbaasd is namelijk oorspronkelijk een lijdende vorm van iets (of iemand) heeft mij verbaasd, wat weer de voltooide tijd is van iets (of iemand) verbaast mij. Als je van jij verbaast mij erg een lijdende vorm maakt, krijg je ik word door jou erg verbaasd. Zet je dat in de voltooide tijd, dan krijg je ik ben door jou erg verbaasd (het werkwoord geworden wordt in het Nederlands dan weggelaten). Maak je daar weer voltooid verleden tijd van, dan wordt het ik was door jou erg verbaasd. Laat je daarin dan door jou weg, dan krijg je ik was erg verbaasd.
Hee, wat is dat nou? Nou hebben we een werkwoordelijk gezegde, in de lijdende vorm, met was als hulpwerkwoord van tijd! Had de docent dan toch gelijk?
Het voorbeeld laat zien dat de docent inderdaad geen onzin beweerde. Toch is deze laatste ontleding van de uiteindelijke zin wel onwaarschijnlijk. Hoe weet ik dat zo zeker? Dat zie je als je het tijdsverschil tussen de twee ontledingen bekijkt.
In de naamwoordelijke ontleding van ik was erg verbaasd is was een koppelwerkwoord. De zin staat in de gewone (de onvoltooid) verleden tijd. In de werkwoordelijke ontleding is er sprake van een lijdende vorm, daar de voltooide tijd van, en daar weer de verleden tijd van. Dat is dus de voltooid verleden tijd. Kun je dat zien, dat verschil?
Hoe ontdek je of een zin in de verleden tijd of in de voltooid verleden tijd staat?
Dat gaat ongeveer op dezelfde manier als ik beschreef in de log Tijden en werkwoorden. Zet er een tijdsbepaling als zaterdag bij. Een gewone verleden tijd (Ik speelde zaterdag een goede wedstrijd) kan dan alleen betekenen dat er iets gebeurde op een zaterdag in het verleden (zeer waarschijnlijk afgelopen zaterdag).
En hoe zit het met een voltooid verleden tijd? Kijk naar de zin Ik had zaterdag een goede wedstrijd gespeeld. Nu zijn er volgens mij twee betekenissen: de ene is dat je die goede wedstrijd afgelopen zaterdag al achter de rug had (hij is bijvoorbeeld op vrijdag al gespeeld), en de andere betekenis is, dat je afgelopen zaterdag helemaal geen goede wedstrijd gespeeld hebt, maar dat dat had kunnen gebeuren als er niet iets tussen gekomen was. Bijvoorbeeld, de wedstrijd werd vanwege de regen afgelast en je zegt: ik had zaterdag een goede wedstrijd gespeeld, als hij niet afgelast was (want ik was goed in vorm).
Welke betekenis heeft nu Ik was zaterdag erg verbaasd?. Kan dat betekenen dat je niet verbaasd was, maar dat dat had kunnen gebeuren als er niets tussen gekomen was? Lijkt me moeilijk. Kan het dan betekenen dat je verbazing zaterdag al achter de rug was? Misschien, als je je heel erg probeert voor te stellen dat iemand jou vrijdag al verbaasde en je wilt benadrukken dat dat zaterdag allang gebeurd was: Nee man, ik was záterdag allang erg verbaasd, dat gebeurde namelijk vrijdag al!.
Nee, de meest waarschijnlijke betekenis van ik was zaterdag erg verbaasd is dat jij op zaterdag verbaasd was, de gewone verleden tijd dus. Maar dan is er dus ook geen sprake van voltooide tijd, en dus is was geen hulpwerkwoord maar een koppelwerkwoord. En verbaasd is dan naamwoordelijk deel van het gezegde.
Wat voor woordsoort is verbaasd dan? Wel, dat ligt er maar aan. Veel taalkundigen vinden het het beste om voltooide deelwoorden die naamwoordelijk deel zijn te benoemen als een bijvoeglijk naamwoord. Dat is niet zo gek. Je ziet dat dit soort deelwoorden zich ook een beetje gaan gedragen als bijvoeglijke naamwoorden. Je kunt er een vergrotende trap van maken (verbaasder), of afleidingen als verbaasdheid (naast verbazing). Zo'n woord met -heid maak je gewoonlijk alleen met een bijvoeglijk naamwoord. Ook kun je zo'n voltooid deelwoord bijvoeglijk gebruiken (een verbaasde wiskundeleraar). Alle reden dus om verbaasd in dit geval bijvoeglijk naamwoord te noemen.
Ik hoop dat met deze uitleg de stofwolken in de school zullen neerdalen en iedereen weer vol vertrouwen in het mooie vak grammatica de lessen kan voortzetten.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Taalprof, je bent fantastisch!
BeantwoordenVerwijderenOp één streepje na ben je zelfs briljant. Dat streepje is het streepje tussen 'e' en 'mail'. Gebruik je dat niet, dan spreek je over de stof email (u weet wel: een emaillen theepot; mijn oma had er een vroeger - heet dat dingen worden!).
Ga verder zo door! (en dan stuur ik geen zeurderige e-mails meer.)
@annemarie: je ziet, ik doe alles om briljant gevonden te worden. Het is dan wel maar spelling, maar ik heb het toch verbeterd.
BeantwoordenVerwijderengoedzo
BeantwoordenVerwijderenwat zijn jullie dom
BeantwoordenVerwijderen@dombo: tja, zijn wij nou zo dom of ben jij zo slim?
BeantwoordenVerwijderen