maandag 24 november 2008

Taalprof weer reteleuk




Gisteren reageerde een lezer op deze site met de opmerking: "Goh, wat zijn jullie allemaal retekundig bezig zeg." De taalprof antwoordde met iets wat als grapje bedoeld was: "De taalprof is dan ook gespecialiseerd in retekunde."


Is dit leuk, en waarom (niet)?
Je kunt het flauw vinden, en hoe langer je erover praat, hoe flauwer het wordt, maar je kunt er wel iets van leren als je nadenkt over de vraag wat hier eigenlijk de grap is.


De reageerder had het over retekundig bezig zijn. Daarbij is het woord retekundig een nieuw woord, dat gevormd is uit het voorvoegsel rete- (dat "heel erg" betekent) en het bijvoeglijk naamwoord kundig. Dat woord (een bestaand woord), is weer gevormd door het achtervoegsel -ig toe te voegen aan het woord kunde.


Het voorvoegsel rete- is een recente toevoeging aan het Nederlands. Het komt vrij veel voor, er is zelfs een bekende website die retecool heet.


In het humoristisch bedoelde antwoord van de taalprof deed hij net alsof retekundig was afgeleid uit het achtervoegsel ig dat toegevoegd was aan het woord retekunde. In dat woord (dat ook niet bestaat) is niet het voorvoegsel rete- gebruikt, want dat kan alleen aan bijvoeglijke naamwoorden worden toegevoegd. Retekunde is een samenstelling van de zelfstandige naamwoorden reet en kunde (met tussenklank -e-).


Dat is technisch natuurlijk best mogelijk (van wiskunde en natuurkunde kun je ook wiskundig en natuurkundig maken), maar in dit geval waarschijnlijk niet bedoeld. Bovendien zou in de huidige spelling het woord dan gespeld moeten worden als retenkunde, omdat de tussenklank -e- als -en- wordt geschreven als het eerste lid van de samenstelling een meervoud op -en heeft.


Is dit leuk? Nou ja, het is natuurlijk een platter soort humor dan van een taalprof verwacht mag worden, maar het is tenminste een taalkundig grapje, omdat het speelt met de regels van de woordvorming. Dat is ook wat waard.

13 opmerkingen:

  1. Natuurlijk, want je eigen grappen zijn altijd leuk! Maw: iemand die om zijn eigen grappen kan lachen (en dat liefst ook veel en vaak doet) is in elk geval zelfbewust en zeker van zichzelf.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik vond 'm in elk geval hilarisch!
    Een combinatie van twee van mijn favoriete soorten humor: taalgrapjes, en ergens een onverwachte wending (of betekenis) aan geven. Bonuspunten als je er even over moet nadenken.
    Platte humor vind ik in 't algemeen geen probleem, dus dat levert bij mij in elk geval geen strafpunten op.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. In de witte spelling mag je ook best 'retekunde' schrijven, hoor.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Het zou mij verbazen als u - en uw lezer - niet ook had gedoeld op 'redekunde', en dus 'redekundig' bezig. Het lijkt mij te mooi om niet waar te zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. @Herman Callens: ja, dat zou ook nog kunnen...

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Volgend item kwam aan bod in een taalmail van de VRT.(Vlaamse Radio en Televisie)
    De betogingen werden bloedig de kop ingedrukt, waarbij vele tientallen doden vielen.
    Ö De betogingen werd bloedig de kop ingedrukt, waarbij vele tientallen doden vielen.
    Het onderwerp van de zin is de kop. De persoonsvorm moet dus in het enkelvoud staan
    Daarop reageerde ik met volgende e-mail.
    De uitdrukking is: iets de kop indrukken.
    De politie drukt de betoging de kop in.
    In een passieve zin klinkt het: de betogingen werden de kop ingedrukt.
    Daarop kwam volgende reactie van Ruud Hendrickx, taaladviseur bij de VRT.
    In de politie drukt de betogingen de kop in is de politie onderwerp, de kop lijdend voorwerp en de betogingen meewerkend voorwerp. In de passieve zin wordt het lijdend voorwerp van de actieve zin onderwerp en het meewerkend voorwerp blijft meewerkend voorwerp. Het resultaat is: De betogingen (meewerkend voorwerp) werd de kop (onderwerp) ingedrukt.
    Vergelijk het met de zin men meldt ons zijn overlijden. Men is onderwerp, ons meewerkend voorwerp, zijn overlijden lijdend voorwerp. In de passieve zin wordt dat: Ons wordt zijn overlijden gemeld. De zin Wij werden zijn overlijden gemeld is fout, omdat het meewerkend voorwerp ons van de actieve zin geen onderwerp van de passieve zin kan worden. Net zo is De betogingen werden de kop ingedrukt fout.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. De 'foute' zin lijkt mij niet zo fout, en de 'goede' niet zo goed. De verklaring (van het eerste) zou kunnen zijn dat een actief meeewerkend voorwerp ook wel eens passief onderwerp kan worden, maar dat is niet voor iedereen evident. Daarmee is het tweede nog niet opgelost, maar er is meer. Dat 'betogingen' als meewerkend voorwerp moet worden beschouwd vind ik wat problematisch. Je kunt er immers nooit 'aan' of 'voor' bij zetten, om maar iets te noemen: 'aan/voor iets of iemand de kop indrukken' lijkt mij geheel uitgesloten. Moeten we 'de kop indrukken' hier niet als één geheel bekijken, met een zgn. 'inwendig' lijdend voorwerp?

    BeantwoordenVerwijderen
  8. @Patriek Rommel: ik denk dat Herman Callens gelijk heeft als hij stelt dat 'de kop indrukken' hier als één geheel bekeken kan worden. 'iets de kop indrukken' is een constructie die ontstaan is uit een normale verbinding van het werkwoord 'indrukken' met lijdend voorwerp 'de kop' en meewerkend voorwerp 'iets' (het is een meewerkend voorwerp van de soort waarbij je het voorzetsel 'bij' kunt toevoegen, als in 'iemand de arm breken').
    In het huidige Nederlands ervaren wij 'iemand de kop indrukken' niet meer als een instantie van 'iets iets indrukken'. Met andere woorden: de verbinding tussen 'de kop' en 'indrukken' is niet meer de normale verbinding tussen lijdend voorwerp en werkwoord. Daardoor ontstaat een vaste, ondoorzichtige eenheid: je kunt aan dat deel van de verbinding niets meer veranderen (je kunt niet 'de kop' vervangen door 'het hoofd' bijvoorbeeld, of 'de kop' in het meervoud zetten), en het heeft alleen als geheel één betekenis. Daardoor ontstaat een werkwoordelijke uitdrukking 'de kop indrukken,' die met één voorwerp verbonden kan worden: 'iets'.
    Aangezien werkwoorden met één voorwerp zelden een meewerkend voorwerp hebben (zoals '(aan) iemand gehoorzamen'), ontwikkelt dit voorwerp zich snel tot een lijdend voorwerp. Je zegt niet meer zo gauw 'bij iets de kop indrukken'.
    Als 'iets' nu inderdaad het lijdend voorwerp is geworden bij de werkwoordelijke uitdrukking 'de kop indrukken', dan is het natuurlijk dat het in de lijdende vorm ook onderwerp wordt: 'betogingen werden de kop ingedrukt'.
    Soortgelijke gevallen zie je bij 'alle bezoekers werden een hand gegeven', 'wij werden de mantel uitgeveegd', 'we werden een oor aangenaaid'.

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Soms denk ik dat ik het eindelijk snap:
    Jan lijdend voorwerp in Jan krijgt een klap,
    en Marie werkt toch mee in Marie krijgt een kus,
    en Marie is het meewerkend voorwerrup dus.
    Allemaal fout, vervolgens mijn zus.
    Willem Wilmink: Grammatica: 16-08-1978;2e couplet; J.J.de Bomshow.

    BeantwoordenVerwijderen
  10. @henk proost: ik denk niet dat Wilmink 'vervolgens' schreef. Dat zal wel 'volgens' moeten zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
  11. Als ik Jan of Marie zou zijn, dan zou ik mij heel erg lijdend vwp voelen, maar taalk. was dat dan weer niet juist.

    BeantwoordenVerwijderen
  12. Beste Taalprof
    Welk verwijswoord kunnen we het beste gebruiken bij 'iedereen'?
    - We vragen iedereen zijn huiswerk te maken.
    - We vragen iedereen het huiswerk te maken.
    Of mag het misschien allebei?

    BeantwoordenVerwijderen
  13. @docTim: Het ligt er een beetje aan wat je overwegingen zijn. Je kunt kiezen voor 'zijn' als je de duidelijkheid wilt dat het om het eigen huiswerk gaat (en niet dat van anderen), en als je 'zijn' voldoende geslachtsneutraal vindt (anders is 'zijn of haar' ook nog een overweging). Met 'het' vermijd je dat geslachtsprobleem, maar creëer je mogelijk onduidelijkheid (welk huiswerk wordt er bedoeld?). Je zou ook nog het hele woord weg kunnen laten ('We vragen iedereen huiswerk te maken'). Een laatste mogelijkheid is nog om het geslachtsprobleem te vermijden door er meervoud van te maken: 'We vragen allen (of alle leerlingen) hun huiswerk te maken'
    Of je kiest voor een meer rechtstreekse benadering 'We vragen je/u/jullie (allen/allemaal) (om) je huiswerk te maken.'

    BeantwoordenVerwijderen