maandag 22 september 2008

Als taalprof zijnde moet je wel



Ha, weer eens discussie! Mijn opmerkingen over het "contaminatiestempelen" hebben geleid tot een discussie over de grammaticale analyse van als X zijnde, een van de schoolvoorbeelden van een contaminatie. Ik stelde dat ter discussie. Volgens mij kun je als X zijnde veel beter verklaren vanuit de ontleding. Wanneer als X de functie heeft van een bepaling van gesteldheid, heeft het een "naamwoordelijke betekenis," dat wil zeggen dat het zinsdeel van iemand of iets zegt dat hij (of zij of het) "X is". In de zin Als muzikant bespeelde Karel meerdere instrumenten zeg je met zoveel woorden dat Karel muzikant is. Vandaar dat taalgebruikers de neiging hebben om dat naamwoordelijke karakter te verduidelijken door de toevoeging van zijnde.

Wat kan iemand hier tegen hebben?

De contaminatie-analyse beweert dat als X zijnde ontstaat doordat mensen als X verwarren met X zijnde en als resultaat een verhaspeling produceren. Ik vond het onwaarschijnlijk dat mensen als X zouden verwarren met X zijnde, want, zo veronderstelde ik, X zijnde komt in het hedendaagse Nederlands niet meer voor, in ieder geval niet met een zelfstandig naamwoord op de plaats van X. Op dat punt ben ik gecorrigeerd, omdat een lezer inderdaad hedendaagse voorbeelden van X zijnde heeft aangetroffen. Maar ik blijf het onwaarschijnlijk vinden dat een taalgebruiker zich bij het uitspreken van een veel voorkomende taalvorm als als X laat beïnvloeden door een vorm als X zijnde die veel minder frequent is, om daar dan als X zijnde van te maken.

Ook taalhistorisch lijkt de contaminatie-analyse niet te verdedigen, omdat als + tegenwoordig deelwoord de oudste papieren heeft. De vorm als X is later ontstaan, en volgens de gangbare opvatting is als X zijnde een versteend overblijfsel van de oude vorm.

Maar er is meer. Neem eens de voorbeeldzin Als begaafd musicus wint hij vele prijzen. Dat is een schoolvoorbeeld van een bepaling van gesteldheid. De betekenis is zoiets als: "Hij wint vele prijzen omdat hij een begaafd musicus is."

Ik vind het moeilijk om deze voorbeeldzin uit te breiden met een lidwoord. Je krijgt dan Als een begaafd musicus wint hij vele prijzen. Volgens mij onstaat er nu een betekenis waarin gesuggereerd wordt dat hij vele prijzen wint "net als een begaafd musicus", of "alsof hij een begaafd musicus is". Nu hebben we geen bepaling van gesteldheid meer, maar een bijwoordelijke bepaling van vergelijking. Er wordt niet meer gezegd dat hij een begaafd musicus is, maar hij wordt vergeleken met een begaafd musicus.

In de constructie zonder als en met zijnde ontstaat dit betekenisverschil niet: in mijn taalgevoel is Een begaafd musicus zijnde wint hij vele prijzen beter dan Begaafd musicus zijnde wint hij vele prijzen, maar beide blijken voor te komen dus daar hoor je mij niet over. De reden dat het betekenisverschil niet optreedt is ongetwijfeld te verklaren vanuit de betekenis van als, die vergelijking (zoals) of hypothese (indien) kan inhouden. Zonder als heb je blijkbaar die twee mogelijkheden niet.

Maar nu de variant met als én zijnde. Het is natuurlijk altijd lastig om te oordelen over taalvormen die gewoonlijk afgekeurd worden, maar ik voel een duidelijk verschil tussen Als begaafd musicus zijnde wint hij vele prijzen en Als een begaafd musicus zijnde wint hij vele prijzen. Vond ik zonder als de eerste variant slechter, nu vind ik juist de tweede variant een stuk slechter. Eerlijk gezegd vind ik hem onmogelijk. Ik geloof niet dat iemand dat zo zou zeggen. De eerste variant mag dan afgekeurd worden, hij komt ongetwijfeld voor, de tweede variant volgens mij absoluut niet.

Wat betekent dat? Dat betekent dat de variant als X zijnde uitsluitend voorkomt in zinnen waarin als X een bepaling van gesteldheid is. Niet in zinnen waarin als X een bijwoordelijke bepaling van vergelijking is.

De contaminatie-analyse maakt geen gebruik van de zinsdeelfunctie, en heeft dus geen mogelijkheden om dit verschijnsel te verklaren. Als je daarentegen aanneemt dat mensen zijnde toevoegen aan als X juist om uit te drukken dat "iemand X is" (en niet alleen met een X vergeleken wordt), dan volgt het automatisch.

Mijn conclusie is dat de contaminatie-analyse van als X zijnde bij een kritische beschouwing door de mand valt, en dat deze taalvorm beter kan worden verklaard vanuit de zinsdeelfunctie. Bovendien blijkt maar weer eens dat je de zinsontleding heel goed kunt gebruiken om erachter te komen hoe de taal in elkaar zit. Een gemakkelijke term als "contaminatie" zegt in feite niets meer dan: "Tja, mensen halen twee vormen door elkaar." Je zou bij zo'n bestempeling altijd ten minste moeten vragen waarom die mensen dat dan zouden doen.

1 opmerking:

  1. @Herman Callens: ik ben het met je eens dat "ter verduidelijking" een gemakkelijke verklaringsgrond is. Ik lever hem dan ook graag in voor een betere, maar ik constateer dat ook de diepere oorzaak van de contaminatie in dit geval aan een behoefte tot "verduidelijking" wordt toegeschreven.
    Waar ik op wees was het feit dat de toevoeging van 'zijnde' overeenkwam met de betekenis van het zinsdeel bepaling van gesteldheid. Mijns inziens heeft dat meer verklarende waarde dan de stelling dat die toevoeging van 'zijnde' voortkomt uit een verhaspeling met een (weinig frequente) andere constructie waar dit woord wel in staat (maar 'als' niet).
    Je bekritiseert de analyse in Van Dale van 'als zijnde X,' en daarin ga ik graag met je mee. Ik denk, met jou, dat 'als zijnde X' iets anders is dan 'als X zijnde'. Ik heb er al op gewezen dat je in 'als zijnde X' doorgaans een hele woordgroep op de plaats van X krijgt, terwijl in 'als X zijnde' gemakkelijk losse woorden optreden (en minder makkelijk hele woordgroepen). De betekenis waar jij op wijst doet me enigszins denken aan het verschil tussen de bepaling van gesteldheid en de bijwoordelijke bepaling van vergelijking. In de zin 'Ex-topman diende seksdeclaraties in als zijnde dienstverlening' wordt inderdaad niet gezegd dat die seksdeclaraties (of de diensten die gedeclareerd worden) dienstverlening zijn, maar ze worden er meer mee vergeleken ("alsof ze dienstverlening zouden zijn").
    Je kritiek op het gebruiken van een oordeel over twee "foute" uitingen deel ik niet. Jij suggereert dat je van twee fouten de ene beter zou kunnen vinden omdat hij eenvoudigweg meer voorkomt, maar ik zou denken dat het eerder andersom is: omdat van twee fouten de een net iets acceptabeler is, zal hij meer voorkomen.
    Ik vind het niet vanzelfsprekend dat een contaminatie tussen gelijkwaardige elementen meteen ook optreedt als één van die elementen net iets anders is. Ik signaleerde een feit, namelijk dat de vorm 'als X zijnde' alleen optreedt als het een bepaling van gesteldheid betreft, en niet in de functie van bijwoordelijke bepaling van vergelijking. Als je dit in een contaminatie-analyse wilt verklaren, moet je het er apart bijzeggen. Dan moet je zeggen: contaminatie treedt op tussen 'als X' en 'X zijnde', alleen als het een bepaling van gesteldheid betreft. Onder de andere verklaring volgt het feit direct, omdat alleen een bepaling van gesteldheid 'als X' ook betekent dat "iets X is". Met andere woorden: de contaminatie-analyse heeft hier in zoverre een probleem, dat ze een extra aanname nodig heeft om de feiten te beschrijven. Daarmee is niet gezegd dat dit onmogelijk is (want bewijzen kun je het niet, daarover waren we het al eens), maar in een vergelijking is het een minpunt voor de contaminatie-analyse (of een

    BeantwoordenVerwijderen