maandag 29 september 2008

Ja dat mogen ze



De taalprof kreeg van zijn studenten een elektronische verjaardagskaart. Aangezien hij ze opleidt om allerlei interessante taalverschijnselen in het wild te ontdekken, zal de keuze voor deze kaart niet geheel toevallig zijn geweest.

Het ging om een e-card van de website kaartenhuis.nl met een animatie van een knallende champagnekurk en een taart met kaarsjes, alles onder de opzwepende tonen van het nummer Congratulations van Cliff Richard. Die kaarsjes (het waren er gelukkig maar vier) kon je virtueel “uitblazen” door ze aan te klikken, en dan verscheen de tekst Moge al je wensen uitkomen. Denk daar maar eens over na, moeten de studenten
gedacht hebben.

Waarom staat daar moge en niet mogen? Dat is een interessante vraag. Het onderwerp van de zin is al je wensen, dus er had eigenlijk mogen moeten staan. Het betreft dan wel een zogeheten aanvoegende wijs (conjunctivus), of meer bepaald de wensende variant daarvan (optativus), maar dat doet er niets aan af dat er wel degelijk een meervoudige werkwoordsvorm vereist is.

Nou komen getalsproblemen wel vaker voor, maar meestal als onderwerp en persoonsvorm een eindje van elkaar staan. Hier staat het onderwerp vlak na de persoonsvorm.

Het probleem is natuurlijk, dat de aanvoegende wijs, met zijn aparte werkwoordsvorm moge in het enkelvoud, in het huidige Nederlands uitzonderlijk is. Het gebruik is beperkt tot een paar vaste formules met een klein aantal variaties daarop. Er zijn maar een paar werkwoorden die geregeld in de aanvoegende wijs gebruikt worden (zij, ware, moge, late, leve, neme, bedenke, koste, betere, verzuime, beware, dan heb je ze wel ongeveer gehad). Die uitzonderlijke vormen zijn nog wel herkenbaar, maar alleen in het
enkelvoud. In het meervoud zijn ze niet meer te onderscheiden van de normale vormen (zijn, waren, mogen, laten, leven, nemen, bedenken, kosten, beteren, verzuimen, bewaren). Dat een zin als De goden bewaren me! optatief is, kun je alleen opmaken uit de betekenis die deze uiting in een context krijgt.

Sommige optatiefvormen komen alleen maar in vaste formules voor. De vorm leve bijvoorbeeld is vrijwel uitsluitend beperkt tot een formule waarbij Leve in eerste zinspositie staat, eventueel voorafgegaan door Lang, en onmiddellijk gevolgd door het onderwerp: (Lang) leve de koningin!

Ook in zo'n formule zou een meervoudig onderwerp ook een meervoudig werkwoord vereisen.  (Lang) leven de beide jarigen! Maar dan kun je zoals gezegd niet meer aan de vorm van het werkwoord zien dat het een optatief is.Waarschijnlijk om deze reden zie je vaak Lang leve de beide jarigen! De uitzonderlijke vorm leve maakt meteen duidelijk wat de bedoeling is, en dat wordt blijkbaar belangrijker gevonden dan de overeenkomst in getal tussen onderwerp en persoonsvorm. Misschien dat zelfs die hele vorm leve niet meer echt als een persoonsvorm gevoeld wordt. Misschien fungeert hij in zo'n formule alleen als een soort aanloopje, net als Hoera voor...

Iets soortgelijks zou er aan de hand kunnen zijn in Moge al je wensen uitkomen. Dat moge krijgt dan de betekenis van een stukje formule, iets als Ik wens dat..., en het wordt nauwelijks meer als een werkwoord gevoeld. Maar misschien speelt er bij mogen ook nog iets anders mee.

Het hulpwerkwoord van modaliteit mogen heeft een betekenis die varieert van "toegestaan zijn" (zoals in Jullie mogen nu binnenkomen) tot "wenselijk zijn" (zoals in Je mag je wel eens scheren). De eerste betekenis wordt ook wel "oneigenlijk modaal" genoemd, en de tweede "eigenlijk modaal". Waarom? Omdat de tweede betekenis ook uit te drukken is met het werkwoord mogen in een hoofdzin: het mag wel eens (gebeuren) dat je je scheert. "Echte" modaliteit is altijd "buiten de zin" te plaatsen. Een modaal bijwoord als waarschijnlijk (het gaat waarschijnlijk regenen) kun je op dezelfde manier buiten de zin plaatsen: het is waarschijnlijk dat het gaat regenen.

Als het optatieve mogen een voorbeeld is van "eigenlijke modaliteit", dan zou Mogen al je wensen uitkomen herformuleerbaar moeten zijn tot Het moge (gebeuren) dat al je wensen uitkomen. In die herformulering is de getalsovereenkomst tussen mogen en al je wensen verdwenen.

Het zou dus best kunnen dat de eigenlijk modale betekenis van het optatieve mogen het voor de taalgebruiker gemakkelijker maakt om de getalsovereenkomst met het onderwerp te ontkoppelen.

Van mij mag er best nog een rode streep door, maar bij Lang leve de beide jarigen! heb ik dat gevoel veel minder. Dat vind ik al bijna beter dan Lang leven de jarigen! Misschien is het een kwestie van tijd.

3 opmerkingen: