zondag 26 februari 2006

Vragen 33

Op deze pagina kun je je vragen stellen. Voeg je vraag onderaan toe
als reactie, en de taalprof zal hem zo snel mogelijk beantwoorden.



Heb je hier ooit een vraag gesteld en kun je hem niet meer vinden?
Kijk dan in het Overzicht
naar gearchiveerde vragen en reacties (helemaal naar beneden
bladeren!).



Je kunt nu ook in het nieuwe
auteursregister
je eigen naam opzoeken!



62 opmerkingen:

  1. L.s., Ik heb een vraag over een zin in de biografie van Reve, deel I, blz. 325. Er staat:
    'Ze bleven elkaar nog wel zien, maar de frequentie en de intensiteit van de contacten nam af.' Contacten = meervoud, frequentie en intensiteit zijn samen meervoud (kat en hond toch ook?), zodat ik niet begrijp waarom hier niet staat: namen af.
    Met dank voor uw moeite, en met hartelijke groet, Ria Zifkamp.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. @Ria Zifkamp: Als het onderwerp een nevenschikking is van twee enkelvoudige elementen heb je altijd twee manieren om de zin te lezen: als een zin met meervoudig onderwerp, of als een samentrekking van twee zinnen met elk een enkelvoudig onderwerp. De zin 'De frequentie en de intensiteit namen af' vertegenwoordigt de eerste interpretatie, en 'De frequentie en de intensiteit nam af' de tweede: dan zeg je eigenlijk dat dit een samentrekking is van 'De frequentie nam af en de intensiteit nam af.'
    Je kunt de tweede lezing bijvoorbeeld sterk bevorderen door de uitspraak: zeg je 'De frequentie, én de intensiteit nam af.' (die komma is in de schrijftaal niet terecht, maar ik bedoel dat je vóór 'en' even stopt, en dan op een hogere toon verder gaat), dan wordt het enkelvoud beter. Ook als je 'en' vervangt door 'zowel als' lijkt het enkelvoud de betere keuze: 'Zowel de frequentie als de intensiteit nam af.'

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Welke taalkundige functie heeft 'te' in de zin: De soep is te heet? Is het dan ook een voorzetsel net als in de zin: We gaan te bed?

    BeantwoordenVerwijderen
  4. @Natasja Booij: Dit is het "graadpartikel" 'te.' Het geldt als een bijwoord, net als andere graadpartikels, zoals 'zo' ('zo heet'), 'erg' ('erg heet'), 'heel' ('heel heet').

    BeantwoordenVerwijderen
  5. dag Taalprof,
    Waarom heeft de samenstelling
    rechshulp wel een s als tussenletter en het woord rechtbank niet? Ik en een aantal collega's komen er niet uit.
    Bedankt!

    BeantwoordenVerwijderen
  6. @Bart: Er bestaan geen regels die alle tussenklanken in samenstellingen regelen. Zo is het verschil tussen bijvoorbeeld 'schaapherder,' 'schaapskooi' en 'schapenvlees' niet in één regel te vatten. Er zijn wel tendenzen in het optreden van tussenletters (vaak wel achter personen en dieren, vaak gerelateerd aan het meervoud van het eerste lid), maar het is een gegeven dat sommige samenstellingen al ouder zijn en dus het resultaat van oudere taalstadia.
    Bij samenstellingen met 'recht' als eerste lid heeft de overgrote meerderheid 'rechts-' Dat lijkt me ook de productieve vorm: een nieuwe samenstelling zal bijna zeker ook 'rechts-' hebben. 'Rechtbank' is al een heel oud woord.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Beste Taalprof,
    De laatste tijd wordt mijn aandacht af en toe getrokken door de combinatie "hetgeen dat/wat". Dit klinkt mij erg raar en dubbelop in de oren. Mijn taalgevoel zegt dat hetgeen al impliciet een betrekkelijk voornaamwoord is, zoals in "hetgeen bewezen moest worden." Ik was dan ook verbaasd dat volgens het WNT "hetgeen" wel bestaan heeft als zuiver aanwijzend voornaamwoord; het moderne gebruik is echter toch echt zowel aanwijzend als betrekkelijk. Even verder zoeken leverde op dat de aanwijzende vorm al enkele eeuwen uit de mode is, en dat op internet de volgens WNT moderne variant de overhand heeft. Nu vind ik ook "hetgeen" met de dubbele functie geen erg modern woord - ik gebruik zelf vaker "dat, wat" of alleen "wat" - maar waarom zouden mensen nu ineens de oude functie van het woord weer gaan gebruiken?

    BeantwoordenVerwijderen
  8. @Steven: 'hetgeen' is volgens de ANS in alle gebruikswijzen formeel. Het kan voorkomen als betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antecedent ('hetgeen ik zeg is waar'), of met expliciet antecedent ('het was slecht weer, hetgeen ons zeer verdroot'). In beide gevallen is het betrekkelijk voornaamwoord.
    Deze gebruikswijze ('hetgeen' als betrekkelijk voornaamwoord) is volgens Van der Horst (Geschiedenis van de Nederlandse Syntaxis) in de 16e en 17e eeuw ontstaan door weglating van het betrekkelijk voornaamwoord 'dat' (of 'wat), achter het bepalingaankondigende aanwijzende voornaamwoord 'hetgeen.' Van den Toorn noemt echter in zijn Nederlandse Grammatica zonder enige reserve nog de mogelijkheid om 'hetgeen wat' te hebben.
    Het lijkt me dat je bij splitsing ook geen andere mogelijkheid hebt: 'Wij verzoeken u om hetgeen te doen wat u het beste kunt.'
    Ik denk dat 'hetgeen wat' nooit echt weg is geweest. Bedenk ook dat het weglaten van het betrekkelijk voornaamwoord (waardoor het aanwijzend voornaamwoord die functie moet overnemen) de uitzondering is. Dat komt maar in een heel enkel geval voor. Je hebt het niet bij 'degene,' niet bij 'diegene' en zelfs niet bij 'datgene.' En wat nog het meest opmerkelijke is: je hebt het ook niet bij 'hetgene.' Het is niet 'hetgene ik zeg is waar' maar 'hetgeen ik zeg is waar' of 'hetgene wat ik zeg is waar.'
    Het is begrijpelijk dat de taal deze oneffenheid graag weer wegwerkt. In het formele register kan zo'n uitzonderlijke vorm zich echter lang handhaven.

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Beste,
    Kleine discussie tussen collega's omtrent het correct gebruik tussen : genoemd - genaamd - geheten.
    Wanneer gebruik je welk werkwoord of zijn het gewoon synoniemen ?
    Alvast bedankt voor enige klaarheid.
    Groeten

    BeantwoordenVerwijderen
  10. @Guido: 'genaamd' wordt in elk geval alleen als bijvoeglijk naamwoord gebruikt, en voor 'geheten' geldt dat in belangrijke mate ook (al ligt hieraan duidelijk het werkwoord 'heten' ten grondslag). 'Genoemd' ten slotte komt vaker voor als werkwoord (als voltooid deelwoord van 'noemen' met hulpwerkwoord 'worden,' 'zijn,' of 'hebben').
    'Genaamd' komt verder nog voor met een zinsdeel erachter ('een man genaamd Karel'), wat bij de andere nauwelijks voorkomt.
    Samenvattend: alledrie komen ze voor als bijvoeglijke bepaling vóór een zelfstandig naamwoord ('de Karel genoemde/genaamde/geheten koning'). 'Genaamd' altijd met koppelwerkwoord, 'genoemd' vrijwel uitsluitend met hulpwerkwoord, en 'geheten' meestal met koppelwerkwoord.
    Qua betekenis zijn ze sterk verwant, maar 'genoemd' en 'geheten' komen ook voor met eigenschappen en niet alleen met namen.

    BeantwoordenVerwijderen
  11. Op www.nederlandsetaaltest.nl staat een test gramm: zinsontleding.
    Wij vinden dat u zijn voorstel serieus moet nemen.
    Benoem 'u' en "zijn voorstel". Kan dit nou wel? (Dit is één voorbeeld van meerdere ondergeschikte zinnen) Dit zijn toch niet de volledige zinsdelen? Ik heb het maar binnen de bijzin benoemd, maar is dit wel gebruikelijk?

    BeantwoordenVerwijderen
  12. @joris: jaja, dat is heel goed mogelijk. Zinsdelen zijn woordgroepen die een functie hebben binnen een deel van de taaluiting. Dat kan heel goed beperkt zijn tot een ingebedde zin. Ik de zin 'ik denk dat het regent' is 'ik' onderwerp bij 'denk' en 'het' is loos onderwerp bij 'regent' (terwijl 'dat het regent') lijdend voorwerp is bij 'denk.' Het onderwerp 'het' is dus een zelfstandig zinsdeel binnen het lijdend voorwerp bij 'denk.' Dat is het wezen van samengestelde zinnen.
    In jouw voorbeeld zijn 'u' en 'zijn voorstel' inderdaad zinsdelen binnen de bijzin. Sterker nog: de functie van de bijzin zelf (hier lijdend voorwerp) speelt geen enkele rol bij de benoeming van 'u' en 'zijn voorstel.'

    BeantwoordenVerwijderen
  13. Beste Taalprof,
    Ik ken de regels van de grammatica. Bij oefeningen maak ik geen fouten, d's en t's helemaal prima. En toch... als ik een tekst schrijf, gaat het mis. Ook als ik na het schrijven de tekst nog een keertje overlees. Heb je tips? Trucs? Bestaat er een cursus?

    BeantwoordenVerwijderen
  14. @Babette: ik denk dat jij het hebt over spelling, maar je vertelt er niet bij wáár het precies mis gaat. Gaat het toch mis bij de d's en de t's?

    BeantwoordenVerwijderen
  15. Schrijf.be publiceerde vanmorgen een boek met de 288 meest gemaakte taalfouten: "Twee gros taalfouten, alstublieft."
    Het is gratis downloadbaar op http://www.Taalfouten.be.
    Mvg
    PS Wij linken al jaren naar uw knappe site op http://www.schrijf.be/taalhulponline.htm. ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  16. @Wim van Rompuy, Schrijf.be: Ik heb maar even je links verbeterd, want ze werkten niet omdat je de punt aan het eind had meegenomen.
    Ik zie trouwens dat de 288 fouten er eigenlijk maar 287 zijn, want octrooi/patent staat er twee keer in. Maar ja, een kniesoor die daarop let.

    BeantwoordenVerwijderen
  17. Ik zie het probleem niet bij 34. Wat is er fout aan 'Let op'? Je kunt dat toch moeilijk fout rekenen, als een gebiedende wijs die iedereen gebruikt.

    BeantwoordenVerwijderen
  18. en 'De derde methode bestaat in de plaatsing van een prothese' krijg ik met geen mogelijkheid over mijn lippen. Dit kan toch niet correct zijn? Verder vind ik het vaak erg goed, het speerpunt kort en scherp vind ik goed naar voren komen.

    BeantwoordenVerwijderen
  19. @joris: Ik zie wel meer problemen niet. Zoals die zogenaamde regel dat je bij mensen geen betrekkelijk voornaamwoordelijk bijwoord zou mogen gebruiken.

    BeantwoordenVerwijderen
  20. jan van vlaanderen25 juni 2010 om 14:36

    Vraagje ivm gebruik van de superlatief.
    Ik ervaar als correct : "dit kind is het grootst" en "deze hond is de grootste" toch lees je geregeld ook "deze hond is het grootst". is dit correct? altijd? gebonden aan specifieke context?
    met dank bij voorbaat

    BeantwoordenVerwijderen
  21. @jan van vlaanderen: de grammatica is niet bedoeld om goed en fout van elkaar te onderscheiden. Ze biedt je wel handvatten om te zien hoe beide gevallen in elkaar zitten. De superlatief van een bijvoeglijk naamwoord dat als naamwoordelijk deel of bepaling van gesteldheid gebruikt wordt ('Dit is leuk' of 'Wij vinden dit leuk') vereist altijd het bepaald lidwoord 'het.' Als het bijvoeglijk naamwoord bijvoeglijk gebruikt is ('de leuke zin,' 'het leuke voorbeeld') dan moet er ook een bepaald lidwoord bij, maar dat richt zich naar het zelfstandig naamwoord ('de leukste zin', 'het leukste voorbeeld').
    Zeg je dus 'Deze hond is de grootste,' dan veronderstel je er een zelfstandig naamwoord bij dat om 'de' vraagt. Bijvoorbeeld, 'Deze hond is de grootste hond,' en dan met dat zelfstandig naamwoord weggelaten.
    In 'Deze hond is het grootst' heb je de superlatief van 'Deze hond is groot.' Voeg je hier verbuiging toe ('Deze hond is het grootste'), dan komt daar de mogelijkheid bij dat je een zelfstandig naamwoord hebt weggelaten dat om 'het' vraagt ('deze hond is het grootste (dier)').
    Je zou het moeten kunnen zien bij bijvoeglijke naamwoorden die niet bijvoeglijk kunnen worden gebruikt en toch een superlatief toelaten. Daar zijn er niet zoveel van, maar misschien kan 'beu' nog net. Als je zegt 'Ik ben die zon beu,' en je accepteert het dat daar een superlatief van gemaakt wordt, dan kan alleen 'Ik ben de zon het beust,' en in elk geval nooit 'Ik ben de zon de beuste.'

    BeantwoordenVerwijderen
  22. @jan van vlaanderen: Beter voorbeeld van het laatste geval: als je een bijvoeglijk naamwoord als naamwoordelijk deel gebruikt met een voorzetselvoorwerp erbij, dan kan dat niet zo goed bijvoeglijk gebruikt worden. Bijvoorbeeld 'Ik ben daar vrij zeker van.' De superlatief wordt dan 'Ik ben daar het zekerst(e) van' en niet 'Ik ben daar de zekerste van'

    BeantwoordenVerwijderen
  23. Beste Taalprof,
    Vandaag in de NRC: "“Ze probeerden zelfs jarenlang om er vanaf te komen."
    Moet dit niet zijn: "Ze probeerden zelfs jarenlang om ervan af te komen." ?
    'af' hoort toch bij het werkwoord 'komen' ('afkomen') en niet bij het 'van' of maak ik een denkfout ?
    Groeten

    BeantwoordenVerwijderen
  24. Dag Taalprof,
    Hoe ontleed je de zin 'Als gevolg van de extra belastingheffing op sigaretten zijn ze het afgelopen jaar per pakje vijftig eurocent duurder geworden'?
    Ik ben benieuwd!
    Groetjes,
    Naomi

    BeantwoordenVerwijderen
  25. @Naomi: Is dit huiswerk? Het ziet er wel zo uit! In dat geval aarzel ik om je een volledig antwoord te geven want daar leer je niets van.
    Ik denk dat in de ontleding van deze zin de belangrijkste vraag is: zegt de zin dat iemand (of iets) iets doet, of dat iemand (of iets) iets is? Bedenk dat 'doen' ook uitgedrukt kan worden als 'deden' of 'hebben gedaan' (of zelfs 'worden gedaan'), en 'zijn' kan ook de vorm aannemen van 'zijn geweest' of 'worden' (dat is immers "in de toekomst zijn") of 'zijn geworden' (dat is namelijk "de voltooiing van in de toekomst zijn").
    Spreek je taalgevoel aan door te proberen de zin te vereenvoudigen. Laat dingen weg, en kijk wat het belangrijkste is in de zin. Of probeer de zin aan te vullen met '...en dat doen/zijn ze al langer.'
    Als je die vraag opgelost hebt, dan weet je ook of de zin werkwoordelijk of naamwoordelijk is ('doen' is werkwoordelijk, en 'zijn' is naamwoordelijk). Nu kun je de ontleding voltooien.
    Kun je hier verder mee, of loop je nu nog ergens vast? Vraag dan door!

    BeantwoordenVerwijderen
  26. Hoi Taalprof!
    Ik denk dat het nu wel lukt, maar ik loop een beetje vast bij 'duurder'. Hoe moet ik dat benoemen?
    Groetjes Naomi

    BeantwoordenVerwijderen
  27. @Naomi: OK, wat heb je gevonden? Is de zin werkwoordelijk of naamwoordelijk? Wat zijn de werkwoorden? Heb je al een onderwerp gevonden?

    BeantwoordenVerwijderen
  28. Hoi Taalprof,
    Uhm...ik heb het nu zo gedaan:
    Als gevolg...sigaretten = bwb
    zijn duurder geworden = nwgez
    ze = ow
    het afgelopen jaar = bwb
    per pakje = bwb
    vijftig eurocent = bwb
    Klopt dat zo? Alvast bedankt!

    BeantwoordenVerwijderen
  29. @Naomi: Lijkt me helemaal goed! Eventueel zou je nog 'vijftig eurocent' en 'duurder' samen kunnen nemen: 'vijftig eurocent duurder' is dan naamwoordelijk deel van het gezegde. Maar beide ontledingen zijn te verdedigen.

    BeantwoordenVerwijderen
  30. Beste taalprof,
    Ik kreeg de volgende vraag.
    ‘Ik heb gisteren tijdens een etentje een kleine discussie gehad. In een restaurant stond ergens in de tekst van de menukaart het volgende: ' Prins Bernhard (zo heet het restaurant...) wenst u een smakelijk eten!' Mag hier het woord 'een' geschreven staan, of is het iemand (in dit geval het restaurant, de eigenaar) smakelijk eten wensen en dus mag het woord 'een' niet geschreven worden...?!’
    Het tweede deel van de vraag begrijp ik niet (het restaurant wenst de gast toch juist smakelijk eten; en waarom zou het lidwoord 'een' niet mogen worden gebruikt?). Maar: ik neem aan dat de schrijver dat 'een' merkwaardig vond staan.
    Dat komt denk ik doordat je niet snel zegt: 'Een smakelijk eten!', maar wel kortweg de vaste combinatie 'Smakelijk eten' gebruikt - of bijvoorbeeld zegt: 'Een smakelijke maaltijd'. 'Maaltijd' is een zelfstandig naamwoord dat je kunt combineren met 'een': 'een maaltijd'. Dat geldt ook voor 'reis' in de vergelijkbare uitdrukking 'iemand (een) goede reis wensen'. 'Eten' lijkt mij in dit geval echter een gesubstantiveerd werkwoord, net zoals 'het wandelen' – en net zoals je het niet hebt over 'een wandelen' spreek je niet van 'een eten'. 'Een smakelijk eten' suggereert die mogelijkheid echter wel, en dat maakt het - ook in mijn ogen - wat merkwaardig.
    Wat denk jij ervan?

    BeantwoordenVerwijderen
  31. @Taaldokter: interessant! Als je 'iemand iets wenst' dan is dat iets denk ik wel een zelfstandig naamwoord. Als een werkwoord een duidelijke nominalisatie heeft (anders dan de infinitief), dan krijg je die: 'ik wens je regen' en niet 'ik wens je regenen.' Ik denk dus dat 'eten' hier inderdaad het zelfstandig naamwoord is. Maar dat zelfstandig naamwoord is niet telbaar: je hebt niet 'een 'eten' laat staan 'twee etens.' Dat verklaart waarom je 'ik wens je een smakelijk 'eten' gek zou vinden. Interessant is waarom je het niet helemaal slecht vindt. Dat zou verklaard kunnen worden uit de mogelijkheid om niet-telbare woorden toch telbaar te gebruiken als een soortnaam: 'dit is een heel gezonde melk.' Het is in die context van dat eten wel een beetje vreemd, maar misschien dat die vaste context van het begin van de maaltijd die soortbetekenis van 'eten' oproept.

    BeantwoordenVerwijderen
  32. Hoe heet de grammaticale term voor woorden die voor een geluid staan. Bijvoorbeeld: Gaap, Boing, Splash, Oink, etc.

    BeantwoordenVerwijderen
  33. @Anna: misschien bedoel je de term voor woorden die van een geluid afgeleid zijn; dat zijn de klanknabootsingen of onomatopeeën. Daaronder vallen ook woorden als 'sissen' en 'koekoek.' De voorbeelden die jij geeft zijn echter ook nog allemaal tussenwerpsels.

    BeantwoordenVerwijderen
  34. Bedankt voor het snelle antwoord!

    BeantwoordenVerwijderen
  35. Dank.
    Inderdaad lijkt 'een smakelijk eten wensen' me niet 'fout' - dat zal komen door die 'soortbetekenis'.

    BeantwoordenVerwijderen
  36. Ik zit met de ontleding van 'Dat gezeik ben ik beu.' Is hier sprake van naamw. gez.? En zo ja, wat is dan 'dat gezeik'?

    BeantwoordenVerwijderen
  37. @joris: Dit is een van de schaarse gevallen van oorzakelijk voorwerp zonder variant met voorzetsel. 'beu' is naamwoordelijk deel, en 'dat gezeik' is oorzakelijk voorwerp. Andere oorzakelijke voorwerpen in dezelfde constructie zijn vaak achteraan de zin te plaatsen, zoals 'de vijand was de stad meester' naar 'de vijand was meester van de stad,' maar de variant 'ik ben beu van dat gezeik' bestaat niet (meer in het hedendaagse Nederlands).
    Het voorwerp bij 'beu' en het voorwerp bij 'kwijt' ('ik ben mijn geld kwijt') zijn de meest voorkomende gevallen van deze constructie.

    BeantwoordenVerwijderen
  38. Dus dat oorzakelijk voorwerp is erbij verzonnen omdat je bij naamw. gez. geen lijdend voorwerp kunt krijgen?

    BeantwoordenVerwijderen
  39. @joris: nou ja, "erbij verzonnen," het gaat erom dat je kunt argumenteren dat het een voorwerp is bij het naamwoordelijk gezegde, en het is geen lijdend, geen meewerkend en geen voorzetselvoorwerp. De term is van Den Hertog, en in een voetnoot in zijn spraakkunst staat dat hij de termen vertaald zou hebben uit de Duitse term "rückwirkendes Object," uit een werk uit 1841 van de Duitse taalkundige Karl Becker.

    BeantwoordenVerwijderen
  40. nog één vraagje dan: 'Wij hebben het volledig aan ons zelf te wijten dat het misging.' Zou 'ons' en 'zelf' hier niet (aan elkaar moeten en) een wederkerend vnw zijn?

    BeantwoordenVerwijderen
  41. @joris: Ik zou 'ons' en 'zelf' hier inderdaad samen als een wederkerend voornaamwoord beschouwen. Maak er maar eens van 'Zij hebben het volledig aan zich()zelf te wijten dat het misging.' Je ziet nu ten eerste dat het 'zich' wordt en niet 'hen,' en dan is los schrijven van 'zelf' ineens ook een stuk slechter.

    BeantwoordenVerwijderen
  42. is het tientalle of tientallen in geval van bijvoeglijk gebruik voor personen en andere zaken. Ik herinner me niet meer precies hoe ik dat vroeger op school geleerd heb.

    BeantwoordenVerwijderen
  43. @mieke: De taalprof is eigenlijk geen spellingspecialist, maar 'tientallen' is het meervoud van 'tiental' (en niet de verbuiging).
    Dus 'tientallen mensen' is hetzelfde als 'groepen mensen' en hetzelfde als 'vele mensen.' Je ziet het ook in de variant 'een tiental mensen.' Daar hoort het lidwoord 'een' bij het zelfstandig naamwoord 'tiental.' Samen ('een tiental') hebben ze dan de functie van een telwoord.
    In het meervoud wordt 'een tiental' dan 'tientallen' of zelfs 'vele tientallen.'

    BeantwoordenVerwijderen
  44. Beste Taalprof,
    De volgende vraag werd op Livemocha gesteld:
    (Mijn vraag: Ligt iets in de sok?, of: Ligt er iets in de sok? Wat is correct? Is er een verschil?)
    Ik wil deze vraag (vragen) beantwoorden, maar ik ben niet zeker of ik deze vraag (vragen) wel kan beantwoorden.
    Wilt u zo vriendelijk zijn om deze vraag (vragen) te beantwoorden.
    En vraagje van mij: kun je het werkwoord "liggen', niet beter vervangen door het werkwoord "zitten"?
    Groetjes, Jan

    BeantwoordenVerwijderen
  45. Jimmy van Rijt12 juli 2010 om 08:36

    Dag Taalprof,
    Vraagje. De ethische datief kan volgens de ANS alleen voorkomen met de woorden 'me' en 'je', bijvoorbeeld in: 'Dat is me wat'.
    Je kunt ook zeggen: 'Dat is je wat', maar waarom zou je dan niet kunnen zeggen: 'Dat is hem ('m) wat, zeg!'? Als je dat wel kunt zeggen (en ik zou zeggen van wel), dan zou je 'hem' in mijn ogen ook een ethische datief moeten noemen. Wat zijn jouw gedachten daarbij?

    BeantwoordenVerwijderen
  46. @Jan Schetters: 'zitten' is hier wel de neutrale keuze, zeker omdat het hier om een soort "containerbetekenis" gaat (iets waar iets in zit). Het betekenis met en zonder 'er' is subtiel. Met 'er' is de neutrale, zogeheten "nonspecifieke" variant, waarbij het tegelijkertijd de vraag is of er wel iets in de sok zit, én wat dat iets dan is. Zonder 'er' heb je de zogeheten "specifieke" betekenis, die inhoudt dat je iets specifieks op het oog hebt, waarvan je dan vraagt of het in de sok zit. Daarvoor heb je altijd wel een speciale context nodig, dus dat is bij die losse zin een onwaarschijnlijke vorm.
    Je kunt het misschien aanvoelen als je er nog een modaal partikel bij zet, zoals: 'Zit er nou iets in die sok of niet?' tegenover 'Zit iets nou in die sok of niet?'

    BeantwoordenVerwijderen
  47. @Jimmy van Rijt: Voor mijn gevoel is 'hem' in 'Dat is hem wat, zeg' wel referentieel, in die zin dat ik het zou kunnen parafraseren met 'Dat is wat voor hem, zeg!' In dat geval zou het een "gewoon" meewerkend woorwerp zijn.
    Ik heb jaren geleden eens een artikeltje gelezen over een verwant geval, namelijk 'Dat is 't 'm!.' Dat artikeltje staat hier: http://bit.ly/afY2tH

    BeantwoordenVerwijderen
  48. Jimmy van Rijt13 juli 2010 om 03:43

    @Taalprof: ik snap je parafrase met 'voor', maar er wringt (me) nog iets. Een zin als 'Dat is je wat, of niet?' is volgens mij ook te parafraseren als 'Dat is wat voor je, of niet?'. Als dat kan, is het in mijn ogen ook referentieel en dan zou ook de analyse van een 'gewoon' meewerkend voorwerp voor de hand liggen. Of zie ik iets over het hoofd?

    BeantwoordenVerwijderen
  49. @Jimmy van Rijt: ja, bij 'je' is dat inderdaad ook enigszins het geval, evenals bij sommige voorbeelden van 'me.' Ik moet eerlijk zeggen dat ik de ethische variant met 'je' ook niet zo goed aanvoel. Die is ook zeker niet zo algemeen als die met 'me.'
    De ethische variant zou eigenlijk zuiver nonreferentieel moeten zijn (nooit de volle variant, tenzij met humoristisch effect zoals de uitspraak van cabaretier Herman Finkers 'Ik ben mij er eentje').

    BeantwoordenVerwijderen
  50. Geachte taalprof,
    Wat is in de zin "Hoeveel poten heeft een spin ook al weer?" 'hoeveel poten' voor een zinsdeel? In de sectie is een hevige discussie ontbrand over deze vraag, maar we bereiken hierover geen consensus.
    Groeten, M. Kuipers

    BeantwoordenVerwijderen
  51. @m kuipers: Het gaat hier over 'iets hebben,' nietwaar? En in 'iets hebben' is 'iets' het lijdend voorwerp. Dus moet datgene wat in de zin op die plaats is ingevuld ('hoeveel poten') ook het lijdend voorwerp zijn.
    Ik ben wel benieuwd waar de discussie over ging. Ik zie wel twee dingen die je aan het twijfelen zouden kunnen brengen: 'Hoeveel poten' staat op de eerste zinsplaats, waar meestal het onderwerp staat. Maar hier is duidelijk dat 'een spin' het onderwerp moet zijn (zoals je ziet aan de variant: 'Hoeveel poten hebben twee spinnen?'). Het tweede twijfelpunt zou kunnen zijn dat er geen lijdende vorm mogelijk is. Dat komt echter omdat 'hebben' geen lijdende vorm heeft (net zomin als 'krijgen'). Niet alle werkwoorden met lijdend voorwerp hebben ook een lijdende vorm. In de zin 'Ik zag haar dansen' is 'haar' lijdend voorwerp, maar de lijdende vorm 'zij werd door mij dansen gezien' is onmogelijk.

    BeantwoordenVerwijderen
  52. Ik ben blij dat er iemand is, of dat nu één persoon is of meerdere, die zich bekommert om de Nederlandse grammatica. Maar moet er dan ook niet gelet worden op leestekens? Als we het Nederlands perfect willen hebben en houden, dan horen leestekens ook daarbij. En de Taalprof is daar niet altijd even consequent in.

    BeantwoordenVerwijderen
  53. @Patrick: Je vergist je als je denkt dat het de taalprof om correct taalgebruik gaat. Het gaat hem om een juiste toepassing van de analyse: hij wil weten hoe de taal in elkaar zit, en hij bekritiseert mensen die daar verkeerde ideeën over verspreiden. Het perfect krijgen (laat staan houden) van het Nederlands staat niet op zijn verlanglijstje.
    Van spelling (waaronder het gebruik van de leestekens valt) heeft de taalprof weinig verstand. Niet meer dan de gemiddelde taalgebruiker.
    Dat neemt niet weg dat hij wel benieuwd is naar zijn inconsequenties in het gebruik van de leestekens. Gaat het erom dat je altijd accenttekens op het woord 'één' zou moeten plaatsen?

    BeantwoordenVerwijderen
  54. Nee hoor. Het gaat mij meer om bijstellingen die (niet) tussen komma's staan of dat er geen komma staat tussen twee werkwoorden. Het komt ook voor dat bij het gebruik van 'en' ook een komma geplaatst wordt, terwijl dat niet hoeft.

    BeantwoordenVerwijderen
  55. @Patrick: De komma voor 'en' kan volgens het taaladvies op taaladvies.net geplaatst worden als dat het lezen vergemakkelijkt. Dat is dan het oordeel van de schrijver. Ook het plaatsen van komma's tussen twee werkwoorden kan achterwege blijven als dat niet nodig is voor het leesgemak. Ik zie niet goed wat "consequent zijn" in dat geval zou moeten inhouden.
    Komma's bij bijstellingen betreffen meestal een betekenisverschil, zoals tussen 'mijn broer Jan' en 'mijn broer, Jan' (in het laatste geval heb ik maar één broer).

    BeantwoordenVerwijderen
  56. Taalprof, wat is de beste ontleding van 'kritiek hebben op iets' (Hij had kritiek op haar gedrag bijv.)?

    BeantwoordenVerwijderen
  57. @Joris: er zijn meerdere mogelijkheden. De uitdrukking is ongetwijfeld ontstaan uit het lijdend voorwerp met bijvoeglijke bepaling ('kritiek op haar gedrag' is dan lijdend voorwerp). Dat zie je aan het voorzetsel 'op,' dat hoort bij het zelfstandig naamwoord 'kritiek.' Deze ontleding is nog steeds goed te verdedigen.
    Nou is 'hebben' een zogeheten "light verb," een werkwoord zonder veel betekenis. Doordat het lijdend voorwerp toch al de aanvulling bij het werkwoord vormt (ook wel het "complement" genoemd), en het werkwoord zelf weinig bijdraagt aan de betekenis, ontstaan de indruk van een complex werkwoord 'kritiek-hebben.'
    Eigenlijk is 'op haar gedrag' eenzelfde soor complement bij het zelfstandig naamwoord, maar bij een zelfstandig naamwoord wordt dat eenvoudigweg "bijvoeglijke bepaling" genoemd. Echter, als 'kritiek' in het werkwoord wordt opgenomen krijgt het de functie van een voorwerp. Dan moet het een voorzetselvoorwerp zijn.
    Ik zou hier de neiging hebben om 'kritiek hebben' als het werkwoord te benoemen, en 'op haar gedrag' als het voorzetselvoorwerp.

    BeantwoordenVerwijderen
  58. Beste Taalprof,
    Vaak worstel ik met de plaats van de(hulp)werkwoorden in een zin.
    Bijvoorbeeld:
    Een beslissing die genomen moet worden óf een beslissing die moet worden genomen.
    Misschien een vreemde afwijking, maar hebben we in onze taal een theorie voor de plaats van werkwoorden?
    Alvast bedankt voor de uitleg!

    BeantwoordenVerwijderen
  59. @willy: De grammatica is niet bedoeld om een onderscheid te maken tussen goed en fout taalgebruik. De theorie zegt dus dat beide plaatsingen voorkomen.
    Als het gaat over de taalnorm in deze kwestie, die zegt dat allebei jouw voorbeelden binnen de norm vallen. Dus ook dan is de keuze vrij.
    Onderzoek heeft trouwens wel aangetoond dat de taalgebruiker meestal wel een duidelijke voorkeur voor een van de twee volgordes heeft, maar zoals gezegd: beide komen voor en beide vallen binnen de norm.

    BeantwoordenVerwijderen
  60. Beste Taalprof,
    Wij hebben op het werk een discussie n.a.v. een poster waarop staat; Wil je het managementteam hun vingers zien branden?
    Is hun vingers juist of moet hier zijn vingers staan?
    Alvast bedankt.

    BeantwoordenVerwijderen
  61. @Marleen: De grammatica is niet bedoeld om goed en fout van elkaar te onderscheiden. De grammatica kan je alleen vertellen hoe de taal in elkaar zit. Als je hier 'hun' gebruikt, dan refereer je aan de leden van het managementteam, die weliswaar niet als meervoud in de zin genoemd zijn, maar wel in de context opgeroepen zijn. Gebruik je 'zijn,' dan verwijs je naar het collectief, dat in de zin in de woordgroep 'het managementteam' genoemd is. Aangezien je met voornaamwoorden zowel naar binnentalige als buitentalige context kunt verwijzen, is er geen theoretisch bezwaar tegen een van beide vormen.
    Als het om taalnorm gaat, kunnen echter andere factoren een rol spelen. Dan kan het bijvoorbeeld van belang zijn om geen verwarring te creëren (en dus 'hun' te gebruiken) of juist geen irritatie te wekken (en vanwege de binnentalige verwijzing 'zijn').

    BeantwoordenVerwijderen